Wednesday, March 01, 2006

preuve 1

Voor iedere klant die het horen wilde (of zelfs niet) bulderde zijn levenshese buikstem: “ ’t Is mijnen eersten officiëlen dag, hé. Gisteren moest ik ‘inlopen’, vandaag vooréérst ‘voor ’t écht’.” Bijna keerde hij op zijn schreden terug zónder de bestelling op te nemen, zó verrukt was hij.
Een kleuter die vooreerst een ballon in de lucht houdt als het ware.
De vier consumpties luidop herhalend - opdat zijn hoofd dit foutloos zou noteren - laveerde hij met gezwinde zeven-mijls-tred naar zijn refugium: de toog - niettegenstaande zijn enigszins gevorderde leeftijd een weelderige haardos als ‘de wuivende helmbos van Hektor’ met zich meezeulend.
Ludo, waar staan die martini glazen ?”
Alle aanwezigen gunden hem dit onooglijk ‘onafje’, een enkeling tuurde zelfs al koortsachtig de schappen af op zoek naar bedoelde halslange glazen. Van zodrà alles zowat onder controle was, zag je hem – bijna stuurs omwille van de concentratie – het hoofd buigen over het ‘verdere verloop’, te weten: afrekenen, opkuisen, bijvullen,...
Deze man zou ‘zijn zaak’ bestieren als een huisvrouw met kloten, zoveel was duidelijk.
Geen enkele afstand werd overbrugd of hij had in zijn 'wervelwindgezwindheid' een leeg glas, een besmeurde onderlegger of een be-ast bakje meegegrist...
Een smekende blik vragend om nog dat lààtste glas werd dan weer in een mum van tijd herkend, onderschept en beantwoord.
Slu Marc !”, aldùs klonk de afscheidsgroet van eertijds zijn mededrinkebroeder, thans opgewaardeerd tot ‘zijn clientèle’...
Zélden iemand zó gelukkig gezien omdat ‘werk’ hem te beurt viel...
[01/03/2006]

0 Comments:

Post a Comment

<< Home