woordwerksels

Tuesday, August 05, 2008

'smekman'

Tot voor kort moest ik het antwoord schuldig blijven.
Thans schrééuw ik het uit nog vóór de vraag zich ten volle heeft gesteld:
“De meest ergerlijke tic ?” “SMEKKEN ! “, en dan bedoel ik ook en vooràl smekken als er zich niets in het mombakkes bevindt.
Ziehier de oorzaak van deze aversie...
Een man, gezeten aan het belendende cafétafeltje, smekte alsof hij zijn gebit, zijn hersenen (welke?), zijn ganse binnenste elk moment dreigde te verliezen...
Zoals koeien het merendeel van hun toege’weide’ tijd staan te herkauwen, aldus zat mijn heerschap zinloos te smekken.
Niet ritmisch meedeinend op de muziek of zo, zijn gesmek, nee, zulks werd mij niet gegund.
Gewoon...’smekken’ om zijn ‘zijn’ bevestigd te weten...
Op korte tijd domineerde zijn gesmek mijn ‘zijn’ aldààr.
Mijn gedachten werden prompt overstelpt met visoenen over wat hij zoal van tussen zijn gaatvolle gebit zoog ! Ik betrapte mezelf erop dat ik schaamteloos zijn richting zat uit te kijken. Zélf leek hij zich niet bewust te zijn van zijn tic.
Alle therapie ten spijt alle hoop opgegeven ?
“Die man moét alléén zijn...”, dacht ik... Immers, geen mens krijgt een zoen op die smekkende lippen gedrukt tenzij men het risico wil lopen zijn eigen lippen naar binnen gezogen te voelen...
Hij bestelde “ ’n spaghetti”...of was het “ ’n smektzé...”.(???)..
Nu zou het helemààl mooi worden: doelgericht smekken.
Bleek dat die ‘smekman’ nooit een bestek tussen zijn worstevingers had gehad; de slierten schroefden zich schaamlijkrood rond zijn vingers om dan ergens tussen bord en mond te belanden.
Dit wansmakelijk tafereel werd ondersteund met een zelfbevredigend gesmek.
Hoe méér hij om zich heen staarde, des te meer ik hem observeerde.
Het afzichtelijke als intrigerend object als het ware.
Zijn maag rispte op. Dat moét wel, al dat gesmek vult...
Een lelijke man op de koop toe, een veertiger-vijftiger - althans, dat hoop ik voor hém – en geloof me, uitblinkend in onaantrekkelijkheid.
Een vrouw die zijn moeder had kunnen zijn, en dus hoogstwaarschijnlijk ‘genoot’ van ‘verminderd gehoor’ bleek mede-observatrice geworden...
Althans, dat leidde ik af uit haar welhaast onvermogen haar alreeds zwaar gerimpeld gezicht nóg meer in een bedenkelijke plooi te trekken.
Hij had zowaar - willensnillens weliswaar - een miniem fanclubje gesticht.

Een smekloos moment !

Een zaligheid ! Ik sloot de ogen, sperde de oren....
Nét toen ik zijn gesmek bijna begon te missen, vulde het wangeluid alweer m’n territorium waarin énkel voor gesmek nog ruimte was...
Tot mijn ingehouden maar daarom niet minder uitzinnige vreugde rekende de man af aan de toog.
Edoch, té vlug victorie gekraaid....hij kwam op zijn stappen terug met het dagblad...

Sunday, August 03, 2008

emoticon

Gevoel geeft onrust

Onrust verwijt;

ongewild, onbedoeld,

dóórgaans desalniettemin...

Want,

‘wachten’

gaat nergens naartoe

tenzij struikelend langs twijfelwegen

gebaand in ’t hoofd.

Eén vraag blijft, beklijft

“Zég me,

vertél me,

wéés

je waarheid

en niets anders dan dat.”

Dit bevragen

lijkt wel ‘zwakte’

terwijl het

‘een ‘willen’ is’

En ‘wilskracht’

toch doorgaans

aan ‘sterkte’ gekoppeld wordt...

Er is geen houvast

in het elkaar ont-moeten

Het is hoop

Die verder duwt, stuwt...

...