woordwerksels

Tuesday, March 13, 2012

God van de slachting

regie van Jan Eelen
Met Els Dottermans, Frank Focketyn, An Miller en Oscar Van Rompay

Neen, bloed vloeit er niet…propere slachting…
Zo begint het stuk ook, decent, proper…met alle respect, iedereen voor alles…
Door een ‘ongelukkig treffen der beider zonen’ worden twee koppels plots geconfronteerd met elkaar, alsnog vreemden voor elkaar.
Er ontspinnen zich enkele beleefdheden: hapje, drankje, keuveltje, woordjewissel, …
Al snel evenwel wordt de toon cynischer, er valt al es een fout woord, wat weer aanleiding
geeft tot ‘misinterpretation’…waardoor de spanning al rap te snijden valt, elk woord een hakbijl in de clafoutis die ocharme zo goed bedoeld was…
Doorheen het vervolg blijken de koppels minder ‘verkoppeld’ dan dat de uiterlijke schijn laat vermoeden (en eigenlijk iedereen – we spreken uit ervaring – vermoedt).
Het ritme gaat in crescendo, de parlando wordt alsmaar meer ‘frustrado’… met hier en daar een hilarische opmerking…kwestie van de zwaarte tot ‘ondraaglijke lichtheid’ op te kloppen…
Er vallen klappen…aanvankelijk met woorden…gevolgd door jawel, daden…
En zeggen dat dit het uitgangspunt was waaraan – zo blijkt - ook de volwassenen zich ‘schuldig aan maken’, te weten: een verwijt ‘oplossen’ (?) met fysieke actie…(“ ik een verklikker ? Hier, een klap met mijn stok op je kop !”)
Waar zit hem de slachting ?
Wie meent God te zijn om te beslissen over goed en kwaad…?
Wat is erger: fysieke dan wel psychische agressie, aanval, daad…?
Wie beslist, beslecht en hoe ?
Zo er al oplossingen gegeven worden in het stuk zijn ze al zeker geen navolgbaar schoolvoorbeeld, doch – tot het genoegen en plezier van ons, toeschouwers – zalig ontoereikend, hilarisch ongeschikt.
We blijven kinderen – zo leren ons de acteurs - we hebben gewoon wat meer vel, een gsm (met véél belwaarde) en een langere ruggengraat (doch zonder ruggengraat).
Het bangelijke is dat deze situatie, een gelijkaardig gegeven, ieder ooit te wachten staat.
’t Is nog maar de vraag hoe wij dan daarop zullen reageren…
Er wordt ons alvast een spiegel voorgehouden.
Het spel tussen de vier evenwaardige, volwaardige acteurs swingt, klimt, explodeert, emotioneert…is voorspelbaar in haar onvoorspelbaarheid…
Het is des mensen en alsdusdanig enorm geloofwaardig ten tonele gespeeld…
Méér ‘in concreto’ gaan mag men niet, het zou té veel van het unieke schouwspel bloot geven , wat men – en dit mag ik wél prijsgeven – overigens niet te zien krijgt: bloot, gezien niet functioneel.
De rest van het décor daarentegen multifunctioneel…
Mijn dànk voor de ganse équipe om dit aan ons, aanschouwers, te willen tonen….
Ocharme de acteurs, ze zullen goéd moe zijn na zo’n welgespeelde hypocrisie…waarin de maskers
gedoemd zijn te vallen…
Louize Lieve gossye
Minardschouwburg 13 maart 2012